(T)huis in Delfzijl

Sandra Beckerman: ‘Wat me vooral is bijgebleven, is de goede sfeer.’

18 mei 2021

Gewoon de boer op en onverwacht aanbellen bij mensen vindt ze leuk. Beckerman, lid van de Tweede Kamerfractie van de SP, bezocht zaterdag Delfzijl Noord.

‘Ik ben gestart op de Brede School. Van daaruit heb ik in de buurt aangebeld. Meestal voer ik leuke gesprekken. Die duren wel even. Soms komt een gesprek stroef op gang. Maar als je begint over aardbevingsschade, trekken mensen vaak een dossier boven tafel. Daar neem ik echt de tijd voor. Dan kom je tot een goed gesprek. Ik zit de hele week in Den Haag. Alle clichés kloppen. Het is fijn om in de weekenden de wijken in te gaan. Gewoon buiten verkiezingstijd vragen: wat vindt u ervan? Wat doen we goed? Wat kan beter? Die individuele gesprekken, daar houd ik van.’

Impact
‘In de Balticparkflat sprak ik een echtpaar dat midden in de verhuizing zat. Ze hadden de dozen letterlijk in handen. Hun zoon hielp mee. Ze vonden het best moeilijk om weg te gaan uit het huis waar ze al zo lang woonden. Verhuizen is een groot ding. Dat heef veel impact. Toch hadden ze best een positief verhaal over de veranderingen. Ze waren blij dat ze naar de Schrijversbuurt konden. Nieuw en gelijkvloers. Ze blijven in hun eigen wijk met winkelcentrum en apotheek nog steeds dichtbij. Dat werd vaker genoemd.’

Menswaardig
‘Ik had ook een heel leuk gesprek met een mevrouw die in de wijk in de thuiszorg werkt. Dat werk staat onder hoge druk omdat Corona voor veel uitval onder collega’s zorgt. Maar ook omdat nieuwe wet en regelgeving de waardigheid van mensen aantast. Mensen die hulpbehoevend zijn kunnen alleen nog op afroep naar het toilet. Dat betekent dus dat je ’s nachts een luier om moet. Dat is toch geen menswaardig bestaan? Ze vertelde ook dat ze vroeger bij iemand de wasmachine kon aanzetten en later nog even terug ging om de was eruit te halen. Nu gaat al het wasgoed in kisten en krijgen mensen het verkleurd weer thuis. Zij werkt met hart en ziel in die wijk. Het doet me wat om te zien hoe het haar raakt. En waarom? Het is uiteindelijk niet goedkoper. Dat komt hard aan.’

Vertrouwen
‘Voor wat betreft de gaswinningsproblematiek. Daarover kreeg ik eigenlijk geen vragen meer. Wat ik vooral merk is dat mensen de woede voorbij zijn. Er heerst verslagenheid. Het vertrouwen in de NAM en de politiek is weg. Ze gaan het niet meer oplossen in Den Haag. Dat is pijnlijk. De jongere generatie groeit op zonder vertrouwen in de politiek. Den Haag heeft de regio laten stikken. Ongelijkheid en onzekerheid overheerst. Dat tij nog keren, wordt steeds moeilijker.’ 

Erkenning
‘Ik zie veel overeenkomsten in de toeslagenaffaire en de bevingsproblematiek. Als je mensen spreekt over de toeslagenaffaire en je vertelt over Groningen is er herkenning en omgekeerd ook. Grote woorden, veel beloftes, maar er gebeurt niks. In beide gevallen moet we gedupeerden centraal stellen. Ik vind het enigszins hoopvol dat er nu meerdere politieke enquêtes komen. Dat levert niet direct een oplossing op maar wel erkenning voor het leed. En het heeft politieke gevolgen. Er hoeven geen ministers af te treden, maar het moet vanaf nu wel anders.’

Onverschilligheid
‘Ik probeer niet cynisch te worden en ik geef niet op. Als het lukt om met bewoners iets af te dwingen zie je wat dat betekent voor hun toekomst. Daar doe ik het voor. We gaan door tot de laatste deur en tot de laatste scheur. En de tussenstappen vieren we. Als we blijven strijden kunnen we nog winnen. De onverschilligheid in Den Haag… Dat raakt me nog het meest. Dat je weet dat het vreselijk mis is maar het niet verandert. Groningen doet er niet toe. Het interesseert ze niet.’

Betrokkenheid
‘Wat ik hoor en zie in een wijk neem ik mee naar Den Haag. Onderwerpen in mijn eigen portefeuille gaswinning en versterking, maar ook andere onderwerpen. Die speel ik door naar collega’s of we gaan er met onze partij lokaal mee aan de slag. Ik heb de zaterdag in Delfzijl heel positief ervaren. Ik heb echt een hele leuke middag gehad. Geweldig om te zien hoeveel mensen zich inzetten voor de wijk. En hoeveel mensen hart hebben voor de bewoners. Er is veel betrokkenheid. Wat me vooral is bijgebleven is de goede sfeer.’